Het veld
Voordat we het hebben over het spelverloop is het goed om te weten hoe het speelveld van basketbal eruit ziet. Basketbal is een zaalsport waarbij het speelveld een rechthoekige vorm heeft. In het midden van beide korte zijdes staat een basket waar spelers punten kunnen scoren. In de NBA heeft het veld een lengte van 94 feet en een breedte van 50 feet. Dit komt neer op zo’n 28,65 bij 15,25 meter. Velden in andere landen en competities zijn over het algemeen iets kleiner (vanaf 26 bij 14 meter). Het speelveld bevat naast de zij- en achterlijnen nog een aantal belangrijk lijnen:
• De middencirkel: Hier begint elk spel met een sprongbal
• De driepuntlijn: Wanneer spelers vanaf achter deze lijn raak gooien is hun score drie punten waard. In de NBA bevindt deze lijn zich op 7,22 meter van de achterlijn
• De ‘bucket’: Dit is het gebied voor de basket. Dit gedeelte is 6 meter breed. Dit gebied is het stuk tussen de vrijeworplijn en de basket, die op 1,2 meter van de achterlijn hangt.
De basket is bevestigt aan een backboard waarvan de onderkant zich op 2,90 meter boven de grond begeeft. De omtrek van het backboard is 1,80 bij 1,05 meter.
De teams
Normaliter wordt basketbal gespeeld tussen twee teams van 5 spelers, al worden er ook varianten met meer of minder personen gespeeld. Alles spelers kunnen gedurende de wedstrijd gewisseld worden. Elke speler heeft een eigen positie, dit zijn:
• De Center
• De Power-forward
• De Small-forward
• De Shooting-guard
• De Point-guard
Deze posities zijn de oorspronkelijke basketbalposities, in het hedendaagse spel zijn er verschillende combinaties van posities te bedenken.
Het spelverloop
Elk begin van het spel begint met een sprongbal. Hierbij gooit de scheidsrechter van dienst de bal omhoog waarna 2 spelers met elkaar een luchtduel aangaan voor het balbezit. De ploeg die het balbezit heeft mag de bal verplaatsen door het speeltuig te passen naar een teamgenoot of door te dribbelen. Wanneer een speler een dribbel inzet moet hij de bal ondertussen laten stuiteren op de grond. De aanvallende ploeg wordt door de schotklok beperkt tot 24 seconden om tot een scoringspoging te komen. Deze schotklok is vorige eeuw geïntroduceerd om het spel sneller en aantrekkelijker te maken. Gemaakte punten leveren tegenwoordig, afhankelijk van de afstand, twee of drie punten op. Een vrije worp levert één punt op.
Vanzelfsprekend genoeg zal de verdedigende partij proberen de tegenstanders te weerhouden van het scoren van punten en zelf de bal willen bemachtigen. Dit kunnen zij doen door de bal van de tegenstanders af te snoepen (dit wordt een ‘steal’ genoemd), een schot te blokken, de tegenstanders over de zij- of achterlijn te dwingen, de rebound te onderscheppen of na een aanvallende fout van de tegenstander.
Wedstrijden in de NBA duren 4 x 12 minuten. In andere competities en delen van de wereld duren wedstrijden 4 x 10 minuten. Er wordt zuivere speeltijd gehanteerd. Dit betekent dat de tijd wordt stilgezet wanneer de bal buiten het veld is of de scheidsrechter heeft gefloten. Wanneer er na de afgesproken speeltijd nog geen beslissing is gevallen wordt er verlengt. De verlenging duurt vijf minuten, wanneer er nog steeds geen winnaar is herhaalt dit zich.
Fysiek contact is toegestaan bij basketbal, maar buitensporig contact zal worden bestraft door de arbitrage. Ook onsportief gedrag en commentaar op de leiding kan worden bestraft. Bij bepaalde niet-toegestane balbehandelingen, zoals lopen met de bal of tweemaal dribbelen (ook wel second dribble genoemd), gaat het balbezit naar de tegenstander.