Wat is verspringen?
Verspringen is een atletiekonderdeel waarbij deelnemers na het nemen van een aanloop zo ver mogelijk proberen te springen. De aanloop die een speler neemt mag zo lang zijn als hij of zij zelf wil. De aanloopbaan heeft een lengte van minimaal 40 meter waarop snelheid gemaakt kan worden. Dit springen gebeurt vanaf een afzetblok en de landing vindt plaats in een zandbak. De achterste afdruk die de sporter achterlaat in de zandbak telt als afstand die gemeten wordt.
Wat is hink-stap-sprong?
Hink-stap-sprong is net als verspringen een atletiekonderdeel waarbij deelnemers proberen om een zo’n groot mogelijke afstand af te leggen vanaf het afzetblok. De manier waarop zij dit doen is enkel wat anders. Bij hink-stap-sprong moeten de drie genoemde onderdelen in de juiste volgorde worden uitgevoerd. Na de aanloop volgt dus eerst een hink waarbij er moet worden geland op hetzelfde been als waarmee de afzet gedaan is, vervolgens moet er een stap plaatsvinden waarbij juist op het andere been geland moet worden en daarna een sprong die wordt afgerond met een landing in de zandbak
Verschillen en overeenkomsten verspringen en hink-stap-sprong
Overeenkomsten
- De regels om een sprong geldig te verklaren zijn gelijk bij de onderdelen. Deelnemers moeten niet voorbij het afzetblok komen bij hun eerste afzet en moeten eenmaal in de zandbak zij- of voorwaarts bewegen.
- Verspringen en hink-stap-sprong zijn beide Olympische atletiekonderdelen. Beide sporten werden voor de heren Olympisch in 1896.
- De aanloopbaan is bij beide onderdelen minimaal 40 meter lang en 1,22-1,25m breed
Verschillen
- Bij verspringen is er een aanloop van een x-aantal meter gevolgd door één sprong. Bij hink-stap-sprong worden er in totaal drie sprongen gedaan na een aanloop.
- Hink-stap-sprong is pas sinds 1998 een olympisch onderdeel bij de vrouwen.
- Bij verspringen landt de deelnemer na de afzetbalk direct in de zandbak, bij hink-stap-sprong worden de drie onderdelen voltooid waarna pas na de sprong de zandbak wordt bereikt.